Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62015TN0671

Zaak T-671/15: Beroep ingesteld op 23 november 2015 — E-Control/ACER

PB C 38 van 1.2.2016, pp. 64–65 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

1.2.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 38/64


Beroep ingesteld op 23 november 2015 — E-Control/ACER

(Zaak T-671/15)

(2016/C 038/87)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Energie-Control Austria für die Regulierung der Elektrizitäts- und Erdgaswirtschaft (E-Control) (Wenen, Oostenrijk) (vertegenwoordiger: F. Schuhmacher, advocaat)

Verwerende partij: Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators (ACER)

Conclusies

nietigverklaring van advies nr. 9/2015 van het Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators van 23 september 2015 betreffende de verenigbaarheid van de besluiten van de nationale regulerende instanties houdende goedkeuring van de methoden voor de toewijzing van grensoverschrijdende transmissiecapaciteit in Centraal- en Oost-Europa met verordening (EG) nr. 714/2009 en met de in bijlage 1 bij deze verordening opgenomen richtsnoeren voor congestiebeheer en toewijzing van beschikbare overdrachtcapaciteit van interconnecties tussen nationale systemen;

verwijzing van verweerder in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster zes middelen aan.

1.

Verweerder heeft bepaalde procedurele vereisten niet in acht genomen. In het bijzonder ontbraken procedurele regels, zijn het recht van toegang tot het dossier en het recht om te worden gehoord geschonden, en is geen toereikende motivering gegeven.

2.

Voor de voorgestelde maatregelen bestaat geen rechtsgrondslag, aangezien verweerder de procedure van artikel 8 van verordening (EG) nr. 713/2009 niet heeft gevolgd maar zijn advies heeft gebaseerd op artikel 7, lid 4, van verordening (EG) nr. 713/2009 en bijgevolg de bij deze laatste bepaling toebedeelde bevoegdheid heeft overschreden en ultra vires heeft gehandeld.

3.

Verweerder heeft verordening (EG) nr. 714/2009 geschonden, aangezien zijn conclusie dat ter hoogte van de Duits-Oostenrijkse grens sprake is van structurele congestie, geen steun vindt in de feiten en onverenigbaar is met de definitie van congestie. Bovendien bevat het advies geen effectbeoordeling en zijn alternatieve oplossingen niet grondig onderzocht. Tot slot vormt de in het advies uiteengezette procedure voor capaciteitstoewijzing geen geschikte en evenredige oplossing voor de in dat advies aangehaalde problemen.

4.

Verweerder heeft verordening (EU) nr. 1222/2015 (richtsnoeren betreffende capaciteitstoewijzing en congestiebeheer) geschonden, aangezien hij in zijn advies bindende inhoudelijke en procedurele vereisten uit deze richtsnoeren niet in acht heeft genomen, terwijl deze richtsnoeren in werking zijn getreden vóór de datum waarop het advies is gegeven.

5.

Verweerder heeft artikel 101 VWEU en artikel 102 VWEU, juncto artikel 4, lid 3, VEU geschonden. Zijn advies is namelijk in strijd met de fundamentele beginselen van de Europese interne energiemarkt, aangezien het de nationale regulerende instanties en de transmissiesysteembeheerders (TSB’s) ertoe verplicht de geïntegreerde elektriciteitsmarkt kunstmatig op te splitsen tussen Oostenrijk en Duitsland.

6.

Verweerder heeft de artikelen 34 VWEU en 35 VWEU geschonden, daar de regulerende maatregel zorgt voor kunstmatige handelsbelemmeringen tussen lidstaten en in strijd is met het fundamentele beginsel van vrij goederenverkeer in de zin van de artikelen 34 VWEU en 35 VWEU.


Top