This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62007CA0011
Case C-11/07: Judgment of the Court (Third Chamber) of 11 September 2008 (reference for a preliminary ruling from the Hof van Beroep te Gent (Belgium)) — Hans Eckelkamp, Natalie Eckelkamp, Monica Eckelkamp, Saskia Eckelkamp, Thomas Eckelkamp, Jessica Eckelkamp, Joris Eckelkamp v Belgische Staat (Free movement of capital — Articles 56 EC and 58 EC — Inheritance tax — National rules concerning the assessment of duties on the transfer of immovable property which do not allow for mortgage-related charges relating to the immovable property to be deducted from the value of that property on the ground that, at the time of death, the person whose estate is being administered was residing in another Member State — Restriction — Justification — None)
Zaak C-11/07: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 11 september 2008 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Hof van Beroep te Gent — België) — Hans Eckelkamp, Natalie Eckelkamp, Monica Eckelkamp, Saskia Eckelkamp, Thomas Eckelkamp, Jessica Eckelkamp, Joris Eckelkamp/Belgische Staat (Vrij verkeer van kapitaal — Artikelen 56 EG en 58 EG — Successiebelasting — Nationale regeling betreffende berekening van rechten van overgang over onroerende zaken waarbij aftrek van hypothecaire lasten op onroerende zaak van waarde ervan niet mogelijk is wanneer erflater op tijdstip van zijn overlijden ingezetene van andere lidstaat was — Beperking — Rechtvaardiging — Geen)
Zaak C-11/07: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 11 september 2008 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Hof van Beroep te Gent — België) — Hans Eckelkamp, Natalie Eckelkamp, Monica Eckelkamp, Saskia Eckelkamp, Thomas Eckelkamp, Jessica Eckelkamp, Joris Eckelkamp/Belgische Staat (Vrij verkeer van kapitaal — Artikelen 56 EG en 58 EG — Successiebelasting — Nationale regeling betreffende berekening van rechten van overgang over onroerende zaken waarbij aftrek van hypothecaire lasten op onroerende zaak van waarde ervan niet mogelijk is wanneer erflater op tijdstip van zijn overlijden ingezetene van andere lidstaat was — Beperking — Rechtvaardiging — Geen)
PB C 285 van 8.11.2008, pp. 6–7
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
8.11.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 285/6 |
Arrest van het Hof (Derde kamer) van 11 september 2008 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Hof van Beroep te Gent — België) — Hans Eckelkamp, Natalie Eckelkamp, Monica Eckelkamp, Saskia Eckelkamp, Thomas Eckelkamp, Jessica Eckelkamp, Joris Eckelkamp/Belgische Staat
(Zaak C-11/07) (1)
(Vrij verkeer van kapitaal - Artikelen 56 EG en 58 EG - Successiebelasting - Nationale regeling betreffende berekening van rechten van overgang over onroerende zaken waarbij aftrek van hypothecaire lasten op onroerende zaak van waarde ervan niet mogelijk is wanneer erflater op tijdstip van zijn overlijden ingezetene van andere lidstaat was - Beperking - Rechtvaardiging - Geen)
(2008/C 285/09)
Procestaal: Nederlands
Verwijzende rechter
Hof van Beroep te Gent
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partijen: Hans Eckelkamp, Natalie Eckelkamp, Monica Eckelkamp, Saskia Eckelkamp, Thomas Eckelkamp, Jessica Eckelkamp, Joris Eckelkamp
Verwerende partij: Belgische Staat
Voorwerp
Verzoek om een prejudiciële beslissing — Hof van Beroep te Gent — Uitlegging van de artikelen 12 EG, 17 EG, 18 EG, 56 EG en 58 EG — Nationale regeling inzake berekening van successierechten op onroerende goederen, volgens welke het niet is toegestaan waarde van onroerend goed te verminderen met hypothecaire lasten op dit onroerend goed omdat de erflater op tijdstip van zijn overlijden in andere lidstaat woonde
Dictum
De artikelen 56 EG en 58 EG, in hun onderlinge samenhang gelezen, moeten aldus worden uitgelegd dat zij zich verzetten tegen een nationale regeling als die in het hoofdgeding, betreffende de berekening van de successierechten en de rechten van overgang over een in een lidstaat gelegen onroerende zaak, krachtens welke de aftrek van op deze onroerende zaak rustende schulden niet mogelijk is wanneer de erflater op het tijdstip van zijn overlijden geen ingezetene van deze staat, maar van een andere lidstaat was, terwijl deze aftrek wel mogelijk is wanneer de erflater op dat tijdstip ingezetene was van de staat waarin de nagelaten onroerende zaak is gelegen.